Aanvullende werkzaamheden bij een RAW raamovereenkomst
K Verklaring
Een belangrijk doel van de Aanbestedingswet 2012 is het bieden van meer kansen voor het Midden- en Kleinbedrijf. Een duidelijker en eenvormig kader en lastenverlichting zijn daarbij enkele gebruikte toverwoorden. Onderdeel van de lastenverlichting is dat aanbestedende diensten niet langer gehouden zijn indiening van de K verklaring, waarmee de inschrijver verklaart dat zijn inschrijving niet is beïnvloed door een onrechtmatige mededingingsafspraak met concurrenten, verplicht te stellen. Vergelijk artikel 2.22.3 ARW 2012.
Joost Haest advocaat bij Severijn HulshofDe praktijk leert evenwel dat aanbestedende diensten toch nog veelvuldig indiening van de K verklaring verplicht stellen. Weg lastenverlichting. En als een K verklaring toch gevraagd wordt, dan betekent een gebrek ten aanzien van de K verklaring onverbiddelijk dat sprake is van een ongeldige inschrijving. De lijn in de rechtspraak is daarin onverbiddelijk. Bijvoorbeeld het na aanbesteding alsnog toezenden van de K verklaring, die bij de inschrijver gewoon op de plank lag en abusievelijk niet was bijgevoegd, poetst de ongeldigheid niet weg. Ook niet als de aanbestedende dienst in de aanbestedingsstukken de gelegenheid heeft geboden eenvoudige gebreken te herstellen. En het herstel van gebreken in bewijsmiddelen conform artikel 2.12.7 ARW 2012 is nadrukkelijk niet bedoeld voor gebreken in de K verklaring.
De rechtbank Amsterdam liet in een uitspraak van 11 februari 2015 (ECLI:NL:RBAMS:2015:878 ) zien dat er evenwel bijzondere situaties denkbaar zijn waarin een gebrek in de K verklaring niet fataal is. In die kwestie had de aanbestedende dienst een K verklaring bij de stukken gevoegd waarop zij (door knip- en plakwerk uit een ander bestek) een verkeerd besteksnummer en een verkeerde werkomschrijving had vermeld. In de aanbestedingsstukken stond duidelijk dat “deze” K verklaring moest worden ingediend. In de Nota van Inlichtingen zijn fouten ten aanzien van de verkeerde werkomschrijving elders in het bestek rechtgezet. De fout in de K verklaring is onopgemerkt gebleven.
Een klagende inschrijver stelde dat gebruik van deze verkeerde K verklaring tot een ongeldige inschrijving moest leiden. Zelf had deze inschrijver een eigen K verklaring gemaakt, maar dan met de juiste besteks- en werkgegevens. De Voorzieningenrechter oordeelde dat het gebruik van de op onderdelen onjuiste K verklaring in redelijkheid niet als gevolg heeft dat een ongeldige inschrijving is gedaan. Er kan volgens de rechtbank geen enkele redelijke twijfel bestaan dat de K verklaring betrekking had op de in het geding zijnde opdracht. Het verkeerde besteksnummer en de verkeerde werkomschrijving worden gezien als een duidelijke kennelijke verschrijving zijdens de aanbestedende dienst.