Aanvullende werkzaamheden bij een RAW raamovereenkomst
Opschorten werkzaamheden bij extreme prijsstijgingen
De extreme prijsstijgingen die veroorzaakt worden door de gevolgen van de oorlog in Oekraïne hebben inmiddels tot veel juridische discussies geleid. Eén van die discussies betreft de vraag of een ondernemer zijn verplichtingen moet voortzetten conform de overeengekomen prijzen of dat hij zijn verplichtingen mag opschorten zolang er geen overeenstemming bereikt is over prijsverhogingen. Deze discussie heeft inmiddels tot een aantal gerechtelijke uitspraken geleid, die duidelijk maken wat de rechten en plichten van ondernemers zijn in een dergelijke situatie.
Joost Haest advocaat bij Severijn HulshofDe meest in het oog springende uitspraak – die ook ruimschoots is besproken in diverse media – is een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Lelystad van 8 september 2022 (ECLI:NL:RBMNE:2022:3592) over de leverantie van betonmortel voor de fundatie van 45 windturbines. Hier volgt een korte juridische beschouwing met een belangrijke conclusie voor de markt.
PRIJSSTIJGINGEN BETONMORTEL
In december 2021 had de betonmortelleverancier een overeenkomst gesloten met een hoofdaannemer die 45 windturbines moest realiseren. Door de gevolgen van de oorlog in Oekraïne werd de leverancier medio 2022 geconfronteerd met enorme prijsstijgingen. De leverancier dreigde de leverantie op te schorten als de aannemer de facturen ten aanzien van de prijsstijgingen niet spoedig zou voldoen. De aannemer vordert daarop bij de Voorzieningenrechter voortzetting van de leverantie omdat de aangekondigde opschorting onrechtmatig is en ernstige gevolgen heeft voor de voortgang van het gehele project.
In haar algemene voorwaarden had de leverancier een bepaling staan waaruit volgt dat de leverancier bevoegd is gestegen kosten door te berekenen aan de afnemer. De rechter oordeelde dat niet is vast komen te staan dat partijen overeen zijn gekomen dat de algemene voorwaarden van de leverancier voorrang hebben. Dat brengt de voorzieningenrechter tot de conclusie dat de leverancier geen beroep toekomt op deze specifieke bepaling en dat de leverancier niet eenzijdig de prijsstijgingen kan doorbelasten. Dat betekent ook dat de leverancier geen opeisbare vordering heeft op de aannemer ten aanzien van de prijsstijgingen. En dus heeft de leverancier geen recht om haar leverantie op te schorten. De voorzieningenrechter oordeelt dan ook dat de aannemer terecht nakoming van de overeenkomst vordert.
Voor het geval de leverancier ondanks het vonnis weigert de leverantie voort te zetten, wordt een dwangsom opgelegd van € 100.000,- per dag met een maximum van € 2 miljoen.
Tijdens de zitting heeft de leverancier de voorzieningenrechter nog verzocht de overeenkomst (lees: de prijzen) aan te passen op grond van onvoorziene omstandigheden (artikel 6:258 van het Burgerlijk Wetboek). Los van het feit dat die vordering te laat werd ingesteld, oordeelde de voorzieningenrechter dat een dergelijke vordering niet in een kort geding kan worden ingesteld, maar alleen in een bodemprocedure.
OVERIGE RECHTSPRAAK
In een uitspraak van de voorzieningenrechter te Haarlem van 16 december 2022 (ECLI:NL:RBNHO:2022:11110) werd bevestigd dat een aannemer, ondanks de enorm gestegen prijzen, gewoon gehouden is zijn verplichtingen na te komen. Ook de Raad van Arbitrage voor Bouwgeschillen oordeelde in een uitspraak van 21 juli 2022, nr. 37.456 dat de aanspraak op bijbetaling vanwege extreem gestegen kosten losstaat van de verplichting van de aannemer om zijn verplichtingen na te komen.
CONCLUSIE VOOR DE MARKT
De hiervoor uiteengezette rechtspraak laat zien dat ondernemers in de discussie over prijsstijgingen heel voorzichtig moeten zijn met het (dreigen met) opschorten van hun verplichtingen. De meest voor de hand liggende route om prijsstijgingen vergoed te krijgen, is door in overleg te treden met de opdrachtgever waarbij de redelijkheid en billijkheid in acht wordt genomen. En mocht dat niet tot een oplossing leiden, dan is een gerechtelijke bodemprocedure doorgaans de aangewezen route en niet een kort geding procedure.
In Beton & Staalbouw